De Valkuil van Epidemiologie

Je komt ze vast vaak tegen: publicaties in kranten, tijdschriften of op websites, waarbij vleesconsumptie in verband wordt gebracht met diverse gezondheidsproblemen. Zoals bijvoorbeeld onderstaand artikel uit het Algemeen Dagblad.

Bron: Ad.nl

Zo heeft rood vlees inmiddels een reputatie opgebouwd als een veroorzaker van darmkanker, diabetes en Alzheimer. Maar, als er gekeken wordt naar het type onderzoek waarop zulke claims worden gebaseerd dan is te zien dat dit grotendeels epidemiologsiche onderzoeken zijn.

Epidemiologische studies, die observationeel van aard zijn, kunnen correlaties tussen variabelen (zoals vleesconsumptie en darmkanker) aantonen, maar geen oorzakelijke, causale verbanden vaststellen.

Zo is epidemiologie ook mede verantwoordelijk voor de slechte reputatie van bijvoorbeeld cholesterol en verzadigde vet. In dit artikel zal worden uiteengezet waarom dit type onderzoek veel haken en ogen kent, en hoe deze haken en ogen kunnen leiden tot verkeerde inzichten op het gebied van voeding en gezondheid.

Wat is Epidemiologie?

Epidemiologie is de tak van gezondheids- en medische wetenschappen die zich onder andere bezighoudt met onderzoek naar (de sterkte van) het verband tussen gedrag en gezondheidsproblemen in bevolking

Wanneer er een samenhang wordt gevonden tussen een bepaald gedrag en een gezondheidsprobleem, dan wil dat nog niet zeggen dat het gedrag de ongezondheid veroorzaakt. Bij een dergelijke samenhang zijn er nog een paar mogelijke verklaringen: het gezondheidsprobleem kan juist de oorzaak zijn van het gedrag (mensen met gewrichtsproblemen gaan vaak minder bewegen).

Ook kunnen het gedrag en het gezondheidsprobleem beide worden veroorzaakt door een derde factor (jongeren hebben vaker onveilige seks, en zijn vaker betrokken bij verkeersongevallen, maar onveilige seks is niet de oorzaak van verkeersongevallen en ook niet het gevolg ervan).1

De jonge leeftijd is dus de derde factor die van invloed is op seksueel gedrag en gedrag in het verkeer. De jonge leeftijd is in dit geval de zogenaamde confounding factor. De factor die verwarring brengt.

Hetzelfde is van toepassing op onderzoeken naar bijvoorbeeld de consumptie van vlees. Ook hier is sprake van talloze confounding factoren.

Epidemiologische onderzoeken zijn nuttig voor het genereren van hypothesen en het identificeren van mogelijke verbanden tussen voedingspatronen en gezondheidsuitkomsten, maar ze kunnen niet bewijzen dat een specifiek voedingscomponent een bepaald gezondheidseffect veroorzaakt.

De beperkingen van epidemiologische studies creĆ«ren een noodzaak van rigoureuzere wetenschappelijke onderzoeksmethoden, zoals gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken (RCT’s), om oorzakelijke verbanden in de voedingswetenschap vast te stellen. RCT’s kunnen door hun ontwerp sterkere bewijzen leveren en helpen om verstorende factoren, die vaak voorkomen in observationele studies, te elimineren of onder controle te houden.

Wil je meer weten over de valkuilen van epidemiologisch onderzoek en hoe dit bijvoorbeeld heeft geleid tot ongegronde angst voor cholesterol, verzadigd vet en vlees, dan zijn onderstaande boeken aanraders:

Bronnen

1Brug, Johannes, Patricia Van Assema, and Lilian Lechner. Gezondheidsvoorlichting En Gedragsverandering Een Planmatige Aanpak. Assen: Van Gorcum, 2017.

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *